Drie dagen in de regio Piemonte.  De start van de Giro d’Italia 2021 ligt in Turijn met een individuele tijdrit op 8 mei.  De finish ligt  3450,4 km en 46.900 hoogtemeters verder in Milaan, ook na een tijdrit op 30 mei.

Strade Bianchi

De geruchten dat de Ronde van Italië de wegen van Strade Bianche aandoet dit jaar, zijn waar. De elfde rit (met 2.200 hoogtemeters) gaat van Perugia naar Montalcino en kent in de finale van de etappe meerdere onverharde stroken. Een dag later wordt gestart op de finishplaats van Strade Bianche. Het Piazza del Campo in Siena is de startplek voor een rit naar Bagno di Romagna die wordt opgedragen aan oud-wielrenners Alfredo Martini en Gino Bartali.

Zware beklimmingen

De eerste vijfsterrenrit  in de Giro 2021 is die naar de Monte Zoncolan op 22 mei, in de tweede week. De mythische beklimming zat in 2018 voor het laatst in de ronde, toen Chris Froome er won. De Zoncolan is een van de zwaarste beklimmingen in Europa gezien de gemiddelde stijgingsgraad van ruim 10%, met pieken tot ver boven de 20%. Dit jaar wordt hij beklommen vanuit Sutrio.

De Cima Coppi, de hoogste berg van deze Giro, is de Passo Pardoi met de top op 2.239 meter. De Pardoi is onderdeel van een bijzonder zware Dolomietenrit naar Cortina d’Ampezzo.  In deze bergrit, daags na de Strade-rit, zijn ook de Passo Fedaia en de Passo Giau opgenomen.

Buiten de grenzen

Overigens maakt de Tourkaravaan ook nog twee korte uitstapjes buiten de landsgrenzen. Rit 15 van Grado naar Gorizia gaat deels over Sloveens grondgebied, maar finisht net aan de Italiaanse kant van de grens. En de voorlaatste rit van Verbania naar Valle Spluga/Alpe Motta gaat doorheen Zwitserland.

Voor de rest blijft de Giro vooral in Noord- en Midden-Italië. Guardia Sanframondi in de provincie Benevento, de finishplaats van de achtste rit, is het meest zuidelijkste puntje van deze ronde.

Zware derde week

Het zwaartepunt van de Giro ligt traditioneel in de 3e week. Dan ligt de finish liefst 3 keer boven op een klim: in ritten 17, 19 en 20. Klimmers moeten dus tot de voorlaatste dag aan de bak.

De slotweek opent met een aankomst op de Sega di Ala, wat een klim van 11,1 kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 9,6% is.  De 19de rit  eindigt bovenop de Alpe di Mera, een  klim van 7,4 kilometer tegen 8,3%. Vervolgens nog een best deftige 20e rit, met een bergrit met 4.200 hoogtemeters en finish op de Alpe Motta, beter gekend als skistation.

Rittenschema :

08 mei – Rit 1: Turijn – Turijn (9,0 km, individuele tijdrit)
09 mei – Rit 2: Stupinigi – Novara (173 km, 600 hoogtemeters)
10 mei – Rit 3: Biella – Canale (187 km, 2.100 hm)
11 mei – Rit 4: Piacenza – Sestola (186 km, 1.800 hm)
12 mei – Rit 5: Modena – Cattolica (171 km, 300 hm)
13 mei – Rit 6: Grotte di Frasassi – Ascoli Piceno (150 km, 3.400 hm)
14 mei – Rit 7: Notaresco – Termoli (178 km, 1.500 hm)
15 mei – Rit 8: Foggia – Guardia Sanframondi (173 km, 3.400 hm)
16 mei – Rit 9: Castel di Sangro – Campo Felice (160 km, 3.400 hm)
17 mei – Rit 10: L’Aquila, Foligno (140 km, 1.300 hm)
18 mei – Rustdag
19 mei – Rit 11: Perugia – Montalcino (163 km, 2.200 hm)
20 mei – Rit 12: Siena – Bagno di Romagna (209 km, 3.700 hm)
21 mei – Rit 13: Ravenna – Verona (197 km, 200 hm)
22 mei – Rit 14: Cittadella – Monte Zoncolan (205 km, 3.700 hm)
23 mei – Rit 15: Grado – Gorizia (145 km, 1.800 hm)
24 mei – Rit 16: Sacile – Cortina d’Ampezzo (212 km, 5.700 hm)
25 mei – Rustdag
26 mei – Rit 17: Canazei – Sega di Ala (193 km, 3.400 hm)
27 mei – Rit 18: Rovereto – Stradella (228 km, 600 hm)
28 mei – Rit 19: Abbiategrasso – Alpe di Mera/Valsesia (178 km, 3.400 hm)
29 mei – Rit 20: Verbania – Valle Spluga/Alpe Motta (164 km, 4.200 hm)
30 mei – Rit 21: Senago – Milaan (29,4 km, individuele tijdrit)