Een begeesterende verhaal van hoe een bijzonder timide kruidenierszoon uit Sint-Pieters-Woluwe de grootste wielrenner aller tijden werd.
Voor deze biografie heeft Eddy Merckx, samen met Johny Vansevenant, urenlang teruggeblikt op zijn jeugd en op zijn carrière. Hij legt uit hoe zijn opvoeding en het karakter dat hij van zijn ouders heeft meegekregen hem gemaakt hebben tot de altijd naar overwinningen hongerende Kannibaal. Ook komen we te weten hoe zijn bijzondere lichaamsbouw hem toeliet nooit geziene sportprestaties te leveren.
Over alle belangrijke momenten uit zijn wielerloopbaan en uit zijn leven geeft hij vaak verrassende commentaar: over zijn eerste Tour de France-zege, over zijn val tijdens de derny-meeting in Blois, die hem fel verzwakte als klimmer, over zijn werelduurrecord, over zijn indrukwekkende beklimming van de Tre Cime di Lavaredo, die hem zijn eerste zege in de Ronde van Italië opleverde, over de betwiste positieve dopingcontrole in Savona, die hem een Giro-zege kostte, over zijn verhouding met tal van andere kampioenen zoals Rik Van Looy, Jacques Anquetil, Luis Ocaña, José-Manuel Fuente, Freddy Maertens en Roger De Vlaeminck…
Diepgravende getuigenissen van familieleden, bondgenoten en tegenstrevers schetsen een uniek portret van de kampioen: echtgenote Claudine, broer en zus Michel en Micheline, verzorger Guillaume Michiels, schoonvader Lucien Acou, sportbestuurder Robert Lelangue, zijn vele ploegmaats en heel wat niet-Belgische toprenners.
Het boek is rijkelijk geïllustreerd met nog nooit gepubliceerde foto’s uit het familiearchief en tal van schitterende actiebeelden.
